Een stagiaire loopt brandwonden op door een omgevallen kop thee. De rechtbank Noord-Nederland beoordeelt in deze recente uitspraak de aansprakelijkheid voor de letselschade die de stagiaire opliep.
Het stagebedrijf kan zich volgens de rechter niet beroepen op een bepaling uit de stageovereenkomst. De rechter beoordeelt daarom of het bedrijf haar zorgplicht schond. Het stagebedrijf hoefde geen instructies te geven over het gebruik van de heet watertap en het vasthouden van een kop thee. Van een volwassene mag worden verwacht dat het gevaar van hete thee bekend is en dat met een hete kop thee voorzichtig moet worden omgegaan.
Brandwonden door thee
Het stagebedrijf heeft een automaat waaruit heet water kan worden getapt voor thee. De stagiaire vult een kopje met heet water en plaats het kopje op haar agenda. Als zij zich omdraait, stoot zij het kopje om over haar linker arm. Het kokende water veroorzaakt tweedegraads brandwonden aan de arm van de stagiaire:
‘Op 26 februari 2019 heeft een incident plaatsgevonden. [verzoekende partij] heeft, voorafgaand aan een vergadering, heet water uit een automaat getapt om daarmee thee te zetten. [verzoekende partij] heeft het kopje heet water op haar agenda gezet die zij in haar linkerhand had. [verzoekende partij] heeft zich vervolgens omgedraaid en heeft daarbij het kopje heet water omgestoten waarbij dat water op haar linkerarm is terechtgekomen. [verzoekende partij] heeft daardoor tweedegraads brandwonden op haar linkerarm opgelopen.’
Aansprakelijkheid voor letselschade stagiair uitgesloten op grond van stageovereenkomst?
De voornaamste vraag die speelt in deze procedure is of de stageovereenkomst aansprakelijkheid van de stageverlener uitsluit:
‘Partijen zijn het niet eens over de uitleg van artikel 9 lid 1 van de stageovereenkomst waarin is bepaald: ‘De stageverlener is conform artikel 7:658 vierde lid van het Burgerlijk Wetboek aansprakelijk voor letsel of schade die de stagiair lijdt tijdens de uitoefening van de stageactiviteiten.’ Dit artikel van de stageovereenkomst moet dus worden uitgelegd.‘
De tekst van de stageverklaring komt grotendeels overeen met de bepalingen in de wet voor aansprakelijkheid van de werkgever. Dat in de stageovereenkomst wordt verwezen naar de uitoefening van stageactiviteiten in plaats van uitoefening van werkzaamheden maakt dit niet anders. De rechter verwijst ook nog naar de studiehandleiding die aan het stagebedrijf is verstrekt. Hierin staat namelijk: ‘Stagegever dient de stagiaire in geval van schade toegebracht door en/of aan de stagiaire te beschouwen en te behandelen als ware de stagiaire een eigen personeelslid.’. De rechter komt dan ook tot de conclusie dat de stageovereenkomst niet afwijkt van de wettelijke bepalingen die gelden voor aansprakelijkheid voor letselschade van een werknemer:
‘Naar het oordeel van de kantonrechter zijn de bewoordingen van de betreffende bepaling niet voor meerdere uitleg vatbaar. In de stageovereenkomst is in artikel 9 lid 1 bepaald dat VNN conform artikel 7:658 lid 4 BW aansprakelijk is voor letsel of schade die de stagiair lijdt tijdens de uitoefening van de stageactiviteiten. In artikel 7:658 lid 4 BW is bepaald dat hij die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf arbeid laat verrichten door een persoon met wie hij geen arbeidsovereenkomst heeft – waaronder zoals in dit geval een stagiaire – overeenkomstig de leden 1 tot en met 3 van dat artikel aansprakelijk is voor de schade die deze persoon in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt. Aldus is artikel 7:658 lid 1 tot en met 3 BW van overeenkomstige toepassing op de tussen partijen overeengekomen stageovereenkomst.’
Geen instructies nodig voor tappen heet water
De stagiaire vindt dat het stagebedrijf haar had moeten inlichten over het gebruik van de waterautomaat en hoe zij een kop thee veilig kon meenemen. De rechter gaat hier niet in mee. Op de werkgever rust geen verplichting om veiligheidsinstructies te geven over het tappen van heet water. Van een volwassene mag worden verwacht dat bekend is dat een kop heet water kan omvallen en letsel kan veroorzaken:
‘[verzoekende partij] was op het moment van het incident een volwassen vrouw van 22 jaar en het is een feit van algemene bekendheid dat indien je een kop heet water hebt getapt bij de plaatsing daarvan een zekere behoedzaamheid in acht moet nemen. Van [verzoekende partij] mag worden verwacht dat zij weet dat een kop heet water die op een in de hand gehouden agenda wordt geplaatst instabiel staat en dat het allerminst ondenkbaar is dat deze kan omvallen, met alle gevolgen van dien.‘
Broodmes en kop thee
Een kop hete thee of koffie is een van die gevaren die zich ook thuis voordoet. De uitspraak lijkt in dat opzicht op het Broodmes arrest. Die zaak ging over een werknemer die zichzelf in haar hand sneed bij het opensnijden van broodjes. De rechter oordeelde dat de werkgever geen instructies hoeft te geven voor dergelijke alledaagse gevaren, zoals het gebruiken van een broodmes om witte puntjes open te snijden.
Geen verzekering? Geen goede werkgever?
De stagiair met letselschade voert daarnaast aan dat het stagebedrijf aansprakelijk is voor haar schade, omdat er geen verzekering is afgesloten voor de door haar opgelopen schade. Omdat de rechter vaststelde dat het bedrijf niet aansprakelijk is, wordt ook deze claim afgewezen:
‘De kantonrechter gaat aan deze stelling voorbij omdat VNN niet aansprakelijk is voor de schade van [verzoekende partij], zodat niet relevant is of de aansprakelijkheidsverzekering die VNN heeft afgesloten als adequaat kan worden aangemerkt.’
Gratis hulp van een letselschade advocaat
Ons landelijk telefoonnummer is 0800 – 44 55 000. U kunt ook een e-mail sturen naar info@hijink.com of gebruik maken van het onderstaande contactformulier.
Bron: www.rechtspraak.nl Rechtbank Noord-Nederland 15 januari 2024, ECLI:NL:RBNNE:2024:363