Aanrijding fietser wandelaar in het bos: Een fietser en wandelaar raken gewond bij een aanrijding in het bos. De fietser remde onvoldoende af en hield onvoldoende afstand. De wandelaar liep midden op het bospad. Wie betaalt de schade?
In een recente uitspraak beoordeelt de rechtbank Midden Nederland een aanrijding op een bospad tussen een fietser en een wandelaar.
Aan de hand van deze uitspraak kijken we naar de manier waarop we aansprakelijkheid vaststellen na een aanrijding op een bospad.
Aanrijding wandelaar en wielrenner
De wandelaar liep met een groep van 6 personen breed uit over het bospad. De wielrenster naderde van achteren. Vanuit de tegenovergestelde richting komt een andere fietser. De wielrenster heeft geen bel en roept daarom naar de wandelaars. De wielrenser roept echter pas vlak voordat zij de wandelaars passeert. Een wandelaar schrikt en springt opzij. De fietser kan de wandelaar niet meer ontwijken en er ontstaat een aanrijding.
De wandelaar en fietser raken gewond. De wandelaar heeft een frozen shoulder, waarvan zij na enkele behandelingen herstelt. De fietser valt op haar hoofd en loopt een hersenschudding op. Zij heeft langdurig last van de gevolgen van de hersenschudding. Beide partijen claimen daarom letselschade na de aanrijding in het bos.
Vul het contactformulier in voor een terugbelverzoek
Aansprakelijkheid wielrenster
De rechter oordeelt dat in het bos met hoge snelheid zonder te waarschuwen dicht langs een wandelaar fietsen onrechtmatig is. De fietser had geen bel en waarschuwde laat. De wielrenster had daarom rekening moeten houden met een onverwachte beweging van de wandelaar:
‘[verweerster sub 2] treft het verwijt dat zij, gelet op voormelde feiten en omstandigheden, rekening had behoren te houden met onverwachte gedragingen van (een van) de voetgangers, hetgeen zij niet heeft gedaan.’
Aansprakelijkheid wandelaar
Midden op een bospad lopen is verwijtbaar. Midden op een bospad lopen, draagt in dit geval volgens de rechter bij aan het ontstaan van de letselschade. De wegpositie van de wandelaar op het bospad is reden voor de rechter om aansprakelijkheid van de wandelaar voor de schade van de fietser vast te stellen.
Positie voetganger op weg/bospad
Een wandelaar is een voetganger. De wet bepaalt wat de wegpositie van voetgangers is:
Arikel 4 RVV: Plaats op de weg:
- Voetgangers gebruiken het trottoir of het voetpad.
- Zij gebruiken het fietspad of het fiets/bromfietspad indien trottoir en voetpad ontbreken.
- Zij gebruiken de berm of de uiterste zijde van de rijbaan, indien ook een fietspad of een fiets/bromfietspad ontbreekt.
Voetgangers moeten verplicht gebruik maken van de stoep of een voetpad. Is er geen voetpad dan gebruiken voetgangers het fietspad. Is er ook geen fietspad dan is lopen in de berm of aan de zijkant van de weg verplicht. De wet bepaalt niet of voetgangers aan de rechter of linker kant van de weg lopen. De voetganger mag links en rechts in de berm of aan de kant van de weg lopen. Midden op een bospad of onverharde weg lopen is daarom een verkeersfout.
Uiteenlopende ernst van gemaakte fouten
Beide partijen zijn aansprakelijk. Maar wie draagt welk deel van de schade? Bij de verdeling van de aansprakelijkheid kijkt de rechter naar de ‘uiteenlopende ernst van de gemaakte fouten’. Het gevaar en de verwijtbaarheid van een handeling bepaalt het deel van de schade dat een partij betaalt.
Onverwachte beweging wandelaar
De onverwachte beweging die de wandelaar kort voor de aanrijding maakt, is de wandelaar volgens de rechter nauwelijks aan te rekenen, omdat de wandelaar schrok van de fietser. Plotseling opzij springen als schrikreactie voor een fietser is begrijpelijk. Een fietser moet altijd rekening houden met onvoorspelbaar gedrag van een wandelaar. Het enige wat de wandelaar in dit geval wordt aangerekend, is daarom onvoldoende links of rechts houden.
Schadeverdeling
Tegenover het lopen midden op een bosweg staat onvoldoende afstand houden en met grote snelheid passeren door de fietser. De fietser en niet de wandelaar veroorzaakt daarom volgens de rechter het grootste deel van de schade. De rechter verdeelt de schade 15/85. De wielrenster betaalt 85 procent van de schade van de wandelaar. De wandelaar betaalt 15 procent van de schade van de fietser.
Aanrijding zonder fietsbel
De rechter benoemt het ontbreken van een bel. Dit is een overtreding van de Regeling voertuigen. In artikel 5.9.71 van de Regeling voertuigen staat:
Fietsen moeten zijn voorzien van een goed werkende bel.
Maar het ontbreken van een bel is geen grondslag voor de schadevergoeding. De rechter noemt het ontbreken van een bel, omdat de fietser de wandelaars niet op tijd waarschuwde. Dit maakt de schrikreactie van de wandelaar begrijpelijk. Niet het ontbreken van een bel, maar onvoldoende afstand houden, onvoldoende afremmen en te laat waarschuwen veroorzaakt de schade. Het ontbreken van een fietsbel is bij een aanrijding met een wandelaar meestal niet relevant.
Onvoldoende remmen voor wandelaars
Fietsen veroorzaakt, door de hogere snelheid, meer gevaar dan wandelen. Het onvoldoende aanpassen van de snelheid door fietsers zal meestal een belangrijke rol spelen bij een aanrijding tussen een fietser en wandelaar in het bos. Een snelheidsverschil tussen wandelaar en fietser betekent namelijk dat de kans op ongelukken en schade door fouten van de fietser groter is.
Fietser valt door hond in het bos
Een andere ongeluk dat zich helaas regelmatig voordoet in het bos is een val van een fietser door een hond. De eigenaar van een hond is aansprakelijk voor de schade die ontstaat door een aanrijding tussen een hond en een fietser. Ook als een fietser valt door het schrikken van een hond is de eigenaar meestal aansprakelijk. Of het baasje van de hond een verwijt kan worden gemaakt, is niet van belang.
Contact
Bespreek uw schade met een specialist. Bel naar 0800 – 44 55 000, stuur een e-mail naar info@hijink.com of gebruik het onderstaand contactformulier.
Bron: Rechtbank Midden-Nederland 12 oktober 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4160