Een aanrijding kort na het invoegen komt relatief vaak voor. Na de aanrijding bekijken we onder andere of de invoegende bestuurder met voldoende afstand en voldoende snelheid invoegde. De rechtbank Amsterdam deed onlangs uitspraak over de aansprakelijkheid na een achter aanrijding door een vrachtwagen.
Op de verbindingsweg tussen de A8 en de A10 rijdt een vrachtwagen. Een automobilist voegt vanaf de A8 in voor de vrachtwagen. Tijdens of kort na het invoegen botst de vrachtwagen achter op de personenauto. De vrachtwagen duwt de auto na de aanrijding nog enige meters voort. De automobilist loopt whiplashklachten op bij de aanrijding.
De automobilist stelt de verzekeraar van de vrachtwagen aansprakelijk voor de schade. De vrachtwagen chauffeur vindt dat de automobilist te kort voor de vrachtwagen en met te weinig snelheid invoegde. De aanrijding was daarom volgens de vrachtwagenchauffeur niet te voorkomen. De automobilist stapt daarom naar de rechter voor een oordeel over de aansprakelijkheid.
Rechtszaak achteraanrijding vrachtwagen
De automobilist met nekklachten eist een letselschadevergoeding en begint een procedure bij de rechter. Een rechtszaak betekent dat de automobilist moet bewijzen dat de verzekeraar van de vrachtwagen aansprakelijk is. Het bewijs bestaat uit getuigenverklaringen en een proces-verbaal van de politie.
Getuigenverklaringen achteraanrijding vrachtwagen
Een getuige van het ongeval verklaart dat de personenauto rechtdoor reed tijdens de aanrijding. Van een invoeghandeling was volgens de getuige dus geen sprake. Ook een tweede getuige bevestigt de verklaring van de aangereden automobilist.
Proces-verbaal
Bij de aanrijding is ook de politie betrokken geweest. Als de politie bij een aanrijding betrokken is, wordt dit vastgelegd in een proces-verbaal. Uit het proces-verbaal blijkt dat de aangereden auto ongeveer 200 meter voorbij het einde van de invoegstrook is aangetroffen.
Beoordeling bewijs achteraanrijding vrachtwagen
De rechter oordeelt dat de verklaring van de aangereden automobilist ondersteunt wordt door de getuigenverklaringen en het proces-verbaal. De rechtbank concludeert dat de ongevalslocatie dusdanig ver van het einde van de invoegstrook is verwijderd, dat er geen aanleiding bestaat om aan te nemen dat de automobilist dusdanig kort voor de vrachtwagen en langzaam invoegde dat de vrachtwagenchauffeur het ongeluk niet meer kon voorkomen. De automobilist was dus niet meer aan het invoegen tijdens het vrachtwagen ongeluk.
De rechtbank concludeert daarom dat de vrachtwagenchauffeur onvoldoende heeft geanticipeerd op andere weggebruikers, zijn snelheid onvoldoende heeft aangepast en onvoldoende afstand hield. Door deze verkeersfouten is de aanrijding ontstaan. De rechtbank oordeelt daarom dat de verzekeraar van de vrachtwagen aansprakelijk is voor de schade van de automobilist.
Deelgeschil aanrijding met vrachtwagen na het invoegen
De procedure bij de rechtbank Amsterdam is een zogenaamde deelgeschil. De rechter geeft in een deelgeschil een oordeel over een onderdeel van de zaak. De procedure ziet alleen op de vraag of de verzekeraar van de vrachtwagen aansprakelijk is. De hoogte van de schadevergoeding wordt niet in deze procedure vastgesteld.
Overleg na een achteraanrijding
Een schadevergoeding claimen is niet altijd makkelijk. U moet uw recht op schadeloosstelling bewijzen. De verzekeraar van uw tegenpartij zal zich hiertegen verzetten. Door kosteloos gebruik te maken van een letselschade specialist krijgt u de letselschadevergoeding waar u recht op heeft. Wij sturen onze rekeningen rechtstreeks naar uw tegenpartij. Neem contact op om uw mogelijkheden te bespreken. Bel naar 0800-4455000, stuur een e-mail naar info@hijink.com of gebruik het onderstaande contactformulier voor een terugbelverzoek.
Bron: Rechtbank Amsterdam 10 september 2020, ECLI:NL:RBAMS:2020:4709